top of page

Waarom laat mijn dochter (14) alles slingeren?

  • Foto van schrijver: FamilySupporters
    FamilySupporters
  • 18 jun
  • 2 minuten om te lezen

Bijgewerkt op: 19 jul


ree

“Mijn dochter van 14 laat haar spullen overal liggen. Als ze dan naar school, dansles of opa en oma moet, kan ze niks vinden. Ik help haar dan snel zoeken, haar brood smeren en alles klaarleggen. Zo komt ze nog op tijd, maar ik blijf achter met stress. Ik zie dit gedrag nu ook bij mijn dochter van 10. Andere ouders zeggen: ‘Je moet het loslaten’. Maar hoe doe je dat dan, loslaten, zonder zelf gek te worden?”

Hulpverlener 1: “In de puberteit verandert er veel in het lichaam en in het hoofd van tieners. Plannen en organiseren is dan extra moeilijk. Dit noemen we ‘puberchaos’. Tieners vinden het vaak makkelijker als het om iets gaat wat ze zelf leuk of belangrijk vinden. Misschien vindt uw dochter deze activiteiten niet zo belangrijk, of weet ze dat u het toch wel oplost.

In plaats van steeds te helpen, kunt u samen een plan maken. Bespreek: wanneer kan ze haar schooltas inpakken? Wat moet ze doen om sportkleding op tijd in de tas te hebben? Wie smeert haar brood? En wat doet ze daarna met de gebruikte broodtrommel?

Laat haar dit zelf opschrijven. Vraag ook of ze het fijn vindt als u haar af en toe herinnert aan haar taken, of dat ze het liever zelf wil doen. Zo leert ze verantwoordelijkheid nemen. En als het een keer misgaat, helpt u haar niet meteen, maar kijkt u later samen wat beter kan. Dit is ook een goed voorbeeld voor uw jongste dochter.”

Hulpverlener 2: “Veel pubers zijn snel afgeleid. Ze moeten veel en hebben altijd hun telefoon bij de hand. In plaats van ‘loslaten’, noem ik het liever ‘liefdevol ondersteunen’. Het gaat erom dat u de juiste balans vindt tussen helpen en haar zelf laten ervaren wat er gebeurt als ze iets vergeet.

Praat met haar over wat ze moeilijk vindt. Vraag: ‘Wat lukt nog niet? Wat heb je nodig? Wat kunnen we afspreken?’ Misschien helpt een wasmand op haar kamer zodat ze haar sportkleren meteen in de was kan doen. Maak samen afspraken.

Laat haar gerust te laat komen op onschuldige momenten, zoals bij de dansles. Maar help haar wél als ze anders te laat komt voor een toets of een belangrijke gebeurtenis. En probeer ook te lachen om deze fase - het hoort erbij en gaat weer voorbij...”

Opmerkingen


bottom of page